[layerslider id=”9″]

Hier een aantal foto’s van de bouw van het grootste PGS15 warehouse van Nederland.

Ron Neele (59) is afgetreden als CEO van de Rotterdamse logistiek dienstverlener Neele-Vat Logistics. Hij wordt als algemeen directeur opgevolgd door Cuno Vat (36).

Nooit meer vlekken in de nek

Het was in de Rotterdamse haven zonder twijfel de opvallendste fusie van het jaar. In het kader van “één plus één is meer dan twee” besloten de concurrerende logistieke dienstverleners Neele Logistics en Vat Logistics per 1 oktober 2014 verder te gaan onder de naam Neele-Vat Logistics. Het resultaat: één groot familiebedrijf met 570 medewerkers en een omzet van 230 miljoen euro, dat een antwoord heeft op vrijwel ieder logistiek vraagstuk.

Ron Neele draait er niet omheen: in de tijd dat Neele Logistics nog een zelfstandig bedrijf was, had hij het niet zo op zijn grootste concurrent. ‘Ik vond Cuno eigenlijk niet zo’n fijne vent, terwijl ik hem persoonlijk niet eens kende…’, zegt hij met een vette knipoog. ‘Stonden er goederen bij ons opgeslagen, kwam er een vrachtwagen van Vat Logistics voorrijden om ze te distribueren. Terwijl wij dat zelf ook konden. Ja, dan kreeg ik wel vlekken in mijn nek…’

“Cuno” is Cuno Vat, directeur Logistics en verantwoordelijk voor ICT. Hij lacht om de opmerkingen van Neele, de CEO van het nieuwe bedrijf. Want Cuno Vat kent het gevoel maar al te goed. ‘Ook ik vond het op z’n zachtst gezegd niet zo mooi staan, zo’n oranje truck van Neele voor ons prachtige blauwe Vat-pand… Dan ging er best wel eens een lelijk woord over tafel, haha.’

Maar vandaag wordt aan diezelfde tafel, in het kantoor van de vestiging op de Maasvlakte, allesbehalve gevloekt. De vijanden van weleer zijn goede vrienden geworden. Met dank aan heel wat kopjes koffie, uitsmijters en vooral met dank aan Ruud Vat. De vader van Cuno, oprichter van Vat Logistics, gaf de eerste aanzet tot de fusie. ‘Eerst nam ik dat niet serieus’, vertelt Ron Neele, ‘maar ik ging er wel over nadenken. En de bedrijven bleken écht bij elkaar te passen. In grote lijnen deden we hetzelfde: wegtransport door heel Europa, op- en overslag, douaneafhandeling, expeditie en zee- en luchtvracht. Daarnaast waren we ongeveer even groot en bleken we – hoewel we in dezelfde vijver visten – weinig dezelfde klanten te hebben. Er was echt sprake van: één plus één is meer dan twee; oftewel, het was een fusie vanuit kracht.’

Cuno Vat: ‘En die mensen van Neele bleken toch wel aardige gasten. Zo verdwenen de vlekken uit de nek. Daar zijn wel wat maanden en gesprekken overheen gegaan, maar dat is logisch. Een fusie is net als trouwen; dat doe je niet zomaar.’

Vooroordelen

Nu de fusie is afgerond, heeft Ruud Vat een stap teruggedaan. Vanuit zijn adviserende rol op de achtergrond ziet de 63-jarige ondernemer tevreden aan dat er een sterk bedrijf staat, met twintig vestigingen in Rotterdam (Hoogvliet, Distripark Eemshaven, Maasvlakte en Botlek), Amsterdam, Duiven, Coevorden, Vantaa (Finland), Rovereto (Italië), Zeebrugge (België), Praag (Tjechië), Moskou (Rusland) en Oradea (Roemenië). Daardoor dekt Neele-Vat met de diensten nu heel Europa af en kan het voor iedere klant een geschikte loods voor opslag bieden; welke goederen die klant ook heeft.

‘Met het oog op veiligheid is de Maasvlakte een ideale locatie om gevaarlijke goederen op te slaan’

De integratie van beide bedrijven loopt voorspoedig, vertelt Cuno Vat. ‘Op wat kleine pijntjes na hebben klanten daar niet al te veel van gemerkt. Ons personeel kreeg na de fusie meteen hardop van ons te horen dat niemand zijn baan zou verliezen. In alle plannen en uitvoeringen heeft het personeel ook altijd centraal gestaan. Wel bestaan er misplaatste vooroordelen over en weer. Aan ons als directie de taak om die weg te nemen en alle neuzen dezelfde kant op te krijgen, zodat onze klanten van iedereen de betrokkenheid en service krijgen die ze vanuit beide familiebedrijven gewend waren.’

Nu dat op de rit staat, is het tijd voor toekomstplannen. De zevenkoppige directie buigt zich de komende maanden over het eerste vijfjarenplan. Vijf jaar die Neele sowieso zal volmaken als CEO, waarna Cuno Vat hem opvolgt. Neele weet waar de kansen liggen. ‘Wij zien veel mogelijkheden in het intermodaal vervoer (per spoor en short sea, red.). Dat is nu zo’n vijftien procent van onze bedrijfsvoering, maar dat moet zeker dertig tot veertig gaan worden. Vervoer per truck wordt door tol en milieuheffingen steeds duurder. De trein is het vervoermiddel van de toekomst. We hebben nu twee lijnen, naar Zuid-Duitsland en Italië, maar willen er zeker vier bij, naar onder andere Polen, Slowakije en mogelijk Zwitserland en Frankrijk. Wij proberen klanten daar van te overtuigen en spelen ook actief een rol in de discussies over de aanleg van meer spoorlijnen op de Maasvlakte. Dit is slechts een voorbeeld, want er zijn vele fronten waarop wij kansen zien. Wij lopen niet mokkend achter veranderingen aan, maar proberen actief in te spelen op de ontwikkelingen of deze zelfs voor te zijn.’

Nieuwe loods

Een ander voorbeeld daarvan is de nieuwe loods die Neele-Vat bouwt. Naast de bestaande 24.000 vierkante meter op de Maasvlakte komt een loods van 20.000 vierkanter meter, speciaal voor de opslag van gevaarlijke goederen. ‘Wij zien meer en meer (petro)chemische (half)producten uit Amerika en Azië naar Rotterdam komen’, zegt Cuno Vat. ‘Met het oog op veiligheid is de Maasvlakte een ideale locatie om die op te slaan. We hebben in onze huidige loods al achtduizend vierkante meter voor opslag van deze ADR-goederen en kennen alle veiligheidsprocedures. Daarmee staan we voor kwaliteit. Bovendien beschikt de loods straks over een op deze schaalgrootte revolutionair CO2-blussysteem, waardoor in geval van brand de overige goederen niet beschadigd worden. Het is een risicovolle investering, want we hebben nog geen order gekregen. Maar ondernemen is risico nemen. Door dat te doen, zijn zowel Neele als Vat groot geworden en die filosofie blijven we ook met onze nieuwe onderneming hanteren.’

Bron: http://www.friendsinbusiness.nl
Tekst: Bas Abresch
Fotografie: Jeffrey de Regt

Gasmeetstation

Als innovatieve logistiek dienstverlener speelt Neele-Vat Logistics in op de ontwikkelingen in de branche. Een van die trends is dat containers steeds vaker gemeten moeten worden op schadelijke gassen. Het onafhankelijke bedrijf Gasmeetstation Rotterdam beschikt bij de vestiging op de Maasvlakte over een eigen locatie, waar niet alleen de hoeveelheid gas gemeten wordt, maar containers ook ontgast en – voor de export – begast kunen worden. ‘We zijn heel erg bezig met ecologie en willen daar verder in investeren’, zegt CEO Ron Neele. ‘Recentelijk hebben we een andere gasmeter overgenomen, waardoor we nu het hele land goed kunnen bedienen. Met het oog op alle milieuregels, die steeds strenger worden, zien we kansen om hierin te groeien. We hebben de fysieke mogelijkheden, de knowhow en de vergunningen, dus we verwachten veel klanten op dit gebied te kunnen helpen. Het past ook in onze strategie om voor klanten het totale logistieke proces, met alle randzaken die erbij horen, in te vullen. Wij bieden echt een compleet pakket aan diensten.’

Zijn ervaring als marathonloper kwam de Rotterdamse logistiek ondernemer daarbij in de voorbereidingsfase van de bouw goed van pas. Jaren heeft hij met architecten, de gemeente Rotterdam, DCMR (milieudienst Rijnmond) en de brandweer aan de planning en het verkrijgen van de noodzakelijke vergunningen gewerkt. Daarvoor was veel mentaal en fysiek uithoudingsvermogen nodig, zegt hij. Uiteindelijk werd dit voorjaar het fiat gegeven voor de bouw van het nieuwe distributiecentrum, dat 14.000 vierkante meter zal gaan beslaan en zal verrijzen naast het bestaande pand van 28.000 vierkante meter in het  Rotterdamse havengebied.

Het was soms een lang gevecht met de overheidsinstanties, verzucht Vat. ‘Maar het prettige is nu wel dat ons terecht gemopper over omslachtige procedures, het lange wachten, wisselende eisen en de geringe coördinatie tussen instanties is gehoord. De veiligheidsregio Rotterdam, eigenlijk de brandweer, en DCMR hebben nu wel de koppen bij elkaar gestoken en gezegd dat het voor de toekomst anders moet. Wij zullen er als bedrijf niet zo veel meer aan hebben, maar voor nieuwe kandidaten is dat wel interessant.’

In totaal beschikt Neele-Vat straks met de uitbreiding over ruim 20.000 vierkante meter aan opslagruimte voor gevaarlijke chemische stoffen in de Rotterdamse haven. Daarbij moet niet alleen gedacht worden aan spuitbussen, allerlei chemische producten, maar ook aan parfums, die alcohol bevatten, en concentraten waar bijvoorbeeld cola van wordt gemaakt. ‘Mensen staan er soms van versteld wat allemaal wordt aangemerkt als een gevaarlijke substantie. Die concentraten voor cola behoren tot de groep van de ‘corrosives’ en zijn daarom volgens de wet gevaarlijk’, legt Vat uit. ‘Ik heb wel eens tegen de brandweer gekscherend gezegd: doe er wat water bij en dan nodigen wij hier de Rotterdamse jeugd uit voor een leuk schoolfeestje. Die vonden het geen goed idee’, lacht Vat.

Reputatieschade

Voor de logistiek ondernemer was de verdere uitbouw van de chemische opslag en distributie vooral belangrijk om verder te kunnen groeien in deze hoog gespecialiseerde logistieke niche. ‘Je kunt een iets betere prijs bedingen dan bij de standaardopslag, maar daar staat tegenover dat de lat qua regelgeving door de overheid ook bijzonder hoog ligt. Je moet dan ook fors investeren, wil je in deze tak van sport kunnen voldoen aan de laatste richtlijnen. Het is niet goedkoop. Je zult dan ook als bedrijf een stevige financiële basis moeten hebben om het überhaupt te kunnen doen. Daarnaast vraagt een groot aantal relaties zelfs meer dan de overheid eist. Die verladers zijn zich bewust van de risico’s en willen niet dat hun product ooit wordt geassocieerd met welk ongeluk dan ook. Dat is allemaal reputatieschade en daar zit niemand op te wachten. Ik heb dan ook tegen veel medewerkers gezegd dat de lat eerder omhoog gaat dan omlaag. Helaas zijn er nog altijd verladers die het niet zo nauw nemen met de opgelegde regels en willen dat wij een oogje dichtknijpen, maar een gulden middenweg is er in ons vak niet. Die partijen mogen dan bij een andere logistieke dienstverlener aankloppen, want dat risico kunnen en willen wij niet nemen. Je moet gewoon aan de eisen voldoen. Punt uit.’ Voor Vat blijft chemische opslag een groeimarkt. Het past ook bij de toekomstvisie die de ondernemer heeft voor het familiebedrijf, dat in 2014 fuseerde met het logistiek bedrijf van Ron Neele. ‘Voor veel kleine producenten van chemische producten is het te duur om nog in eigen opslag te investeren. Een bedrijf van duizend pallets of minder komt voor hoge kosten te staan door de strengere regels en wil het dan uitbesteden. Dat is een van de gaten in de markt waarop wij nu mikken.’ Het nieuwe distributiecentrum zal volgens Vat uiterlijk in januari van het volgend jaar worden opgeleverd en zal dan tot de modernste faciliteiten van Nederland behoren op het gebied van de opslag van chemische producten. Met een bouwsom van rond de zes tot negen miljoen euro is het nieuwe pand ook een van de grootste investeringen van de Rotterdamse logistieke dienstverlener van de laatste jaren. Het pand wordt van de laatste snufjes voorzien. ‘We zetten hier een nieuwe standaard voor de chemische opslag’, aldus Vat. Zo wordt er in het geval van brand geblust met CO2. ‘Dat gas heeft als groot voordeel dat er geen conterminatie is zoals bij het gebruik van bluswater of schuim. Je drukt als het ware de zuurstof uit de loods. Nadeel is wel dat er goed moet worden gelet op de persoonlijke veiligheid van de loodsmedewerkers, want je maakt het pand zuurstofvrij. Daarom wordt er een speciaal alarmsysteem voor de medewerkers geïnstalleerd, die zo snel mogelijk het warehouse moeten verlaten. Door de inzet van CO2 kan Neele-Vat ook een breed assortiment aan gevaarlijke stoffen in alle klassen opslaan, legt hij verder uit. ‘Dit is geen loods voor één klant, maar een multi-user warehouse waar verschillende productsoorten straks kunnen worden ondergebracht.

AOW

Voor Ruud Vat zit zijn werk er bij het fusiebedrijf Neele-Vat na de bouw van het nieuwe pand nog lang niet op. ‘Ik heb onlangs bijgetekend tot medio 2017. Dan heb ik ook mijn AOW-gerechtigde leeftijd bereikt’, grapt hij. ‘Ik blijf op de achtergrond gewoon actief. Ik doe verder een stuk verzekeringen, de inkoop van transportmateriaal en het contact met de overheden en het lobbywerk in combinatie met diverse bestuursfuncties binnen het vakgebied.’ Daarnaast blijft hij voor de directie beschikbaar als vraagbaak.

Bron: JOHN VERSLEIJEN Nieuwsblad transport (http://www.nieuwsbladtransport.nl)

Opslag ADR

Voor het internationale bedrijf Neele-Vat Logistics realiseert bouwcombinatie van het voormalige Concrex – Sprangers vof extra ADR opslag op de Maasvlakte in Rotterdam.